‘Installateurs hebben steeds vaker een leidende rol’
Techniek Nederland stimuleert ‘verslimming’ van de installatiesector
Auteur: dr. Henk-Jan Hoekjen. Foto’s: Pixabay, John Marmaras,.
Welke rol zal de verslimming van gebouwen volgens Techniek Nederland gaan spelen in de nabije toekomst?
“Het ‘smart’ maken van gebouwen is geen toekomstmuziek, maar nu al actueel. Veel elektrotechnische bedrijven die zijn aangesloten bij Techniek Nederland bieden dienstverlening aan voor ‘smart buildings’. Dankzij slimme technologie is het mogelijk om gebouwen duurzamer, comfortabeler, veiliger en gezonder te maken. De nieuwe huisvesting van Techniek Nederland in Woerden is daar een prachtig voorbeeld van.”
Het ‘smart’ maken van gebouwen biedt elektrotechnisch installateurs volgens reijman nog meer mogelijkheden om toegevoegde waarde te leveren aan hun klanten. “Het aandeel techniek in de totale bouwsom neemt daardoor fors toe en bedraagt inmiddels tot de helft van de totale bouwsom. De rol van elektrotechnisch installateurs wordt dan ook steeds belangrijker. Slimme techniek is in toenemende mate bepalend voor het succes van een project. Met sensortechnologie, slimme regeltechniek en IoT is het bijvoorbeeld mogelijk om energiekosten fors omlaag te brengen. Het systeem weet bijvoorbeeld op basis van iemands smartphone waar die persoon zich bevindt. Zo kun je een gebouw zo efficiënt mogelijk verwarmen of apparatuur aan- of uit te schakelen. Smart buildings zijn ook in staat om duurzaam opgewekte energie die op dat moment niet nodig is te delen met gebouwen of woningen in de directe omgeving. Dankzij zo’n ‘smart grid’ wordt vraag en aanbod naar duurzame energie lokaal optimaal gebruikt.”
Voorspellend beheer
Ook in de beheer- en onderhoudsfase bieden smart buildings volgens Reijman nieuwe mogelijkheden. “Op basis van data-analyse komt predictief (voorspellend) beheer en onderhoud binnen handbereik. De installateur of technisch dienstverlener krijgt dan een seintje van het systeem dat bijvoorbeeld vervanging of onderhoud van een component binnenkort nodig is. Dankzij predictief onderhoud is het mogelijk om beheer en onderhoud zo efficiënt mogelijk uit te voeren en wordt uitval van systemen voorkomen. Zeker als het gaat om primaire processen is dat voor veel klanten van cruciaal belang.”
Wat vraagt dit van elektrotechnisch installateurs?
“Elektrotechnische kennis alleen is niet meer voldoende. Elk apparaat of toestel is tegenwoordig verbonden via ICT. Voor elektrotechnisch installateurs is kennis van ICT tegenwoordig dus onontbeerlijk. Informatietechnologie is dan ook een belangrijk onderdeel geworden van elektrotechnische opleidingen en bijscholings- en ontwikkelcursussen.” Elektrotechnisch installateurs hebben dus méér kennis nodig en vaak ook kennis op een hoger niveau. “ICT in de techniek biedt mogelijkheden voor nieuwe dienstverlening en nieuwe verdienmodellen. Er is behoefte aan nieuwe competenties en er ontstaan zelfs compleet nieuwe functies zoals data-analist. De vraag naar medewerkers met kennis op hbo- en op wo-niveau neemt de komende jaren naar verwachting toe.
Ontwerpfase
Techniek Nederland werkt nauw samen met kennispartners op het gebied van gebouwautomatisering en smart buildings. “Een voorbeeld daarvan is kennispartner TVVL dat de post-HBO-opleiding Systeemarchitect Gebouwautomatisering heeft ontwikkeld.” Als gevolg van deze inspanningen – en de inspanningen van vele elektrotechnische bedrijven zelf – zijn vele bedrijven ‘klaar voor de toekomst’. Elektrotecchnisch installateurs vormend een belangrijke schakel in het ‘smart’ maken van de gebouwde omgeving. “Om een smart building mogelijk te maken moeten technisch dienstverleners vanaf de ontwerpfase bij het project betrokken zijn. Dat gebeurt steeds vaker. Installateurs hebben daardoor steeds vaker een leidende rol.”
Op welke manier tracht Techniek Nederland de elektrotechnische installatiebranche voorts te ondersteunen bij de veranderingen en uitdagingen die ‘smart’ oplossingen met zich meebrengen?
“Voor de leden van Techniek Nederland is het belangrijk dat smart buildings gemeengoed worden. Daarom zijn wij nauw betrokken bij de ontwikkeling van Europese regels die de realisatie van smart buildings de komende jaren gaan aanjagen. In de herziene Europese Energy Performance of Buildings Directive (EPBD III) worden systeemeisen voorgeschreven voor de verbetering van de energieprestatie van technische systemen. De eisen richten zich op de energieprestatie, het adequaat dimensioneren, installeren en inregelen van technische systemen. Vanaf 2026 komt er zelfs een verplichting om grote utiliteitsgebouwen te voorzien van een gebouwautomatiserings- en controlesysteem (GACS). Deze systemen controleren niet alleen het energieverbruik, maar analyseren ook én sturen bij waardoor een gebouw zo min mogelijk energie verbruikt.”
Techniek Nederland is verder (mede)initiatiefnemer van veel projecten rond digitalisering die óók essentieel zijn voor smart buildings. “Zo zijn wij partij in de DigiGO waarin de hele keten samen met de overheid werkt aan versnellingsprojecten op het gebied van digitalisering. De ontwikkeling van de ‘digital twin’ – een identieke digitale en fysieke versie van een gebouw- en de totstandkoming van de open Uniforme Objecten Bibliotheek (UOB) die feilloze uitwisseling van data in de hele keten mogelijk maakt.”
Ook op het gebied van smart homes heeft Techniek Nederland volgens Reijman het voortouw genomen. “Veel consumenten zijn nog niet op de hoogte van de mogelijkheden om de woning slim te maken met geïntegreerde, intelligente ICT-systemen en apparaten voor in huis. Techniek Nederland is initiatiefnemer van het Smart Home Society Platform dat consumenten informeert én inspireert wat betreft de voordelen van Smart Home.”